Met blaasontsteking en cystitis wordt hetzelfde bedoelt. Een urineweginfectie is de verzamelnaam voor alle infecties die betrekking hebben op de urinewegen: nier, nierkelk, urineleider, blaas en urinebuis. Bij een blaasontsteking is het slijmvliesweefsel aan de binnenkant van je blaas ontstoken. Dit wordt meestal veroorzaakt door de E. coli-bacterie. Bij huisdieren met een geringere natuurlijke weerstand zijn hier extra gevoelig voor. Een blaasontsteking is niet besmettelijk.
A: nieren, B: urinewegen, C: plasbuis, D: blaas
Een blaasontsteking wordt meestal door bacteriën veroorzaakt. De ontsteking kan zowel bij mannelijke als vrouwelijke honden en katten voorkomen, maar in de praktijk wordt het vaker gezien bij vrouwelijke katten(honden). De bacteriën komen meestal van buiten af, via het geslachtsorgaan en de plasbuis in de blaas. Normaal is de urine steriel, dit wil zeggen dat er geen bacteriën in aanwezig zijn. De bacteriën die in de blaas terechtkomen worden normaal gesproken met de eerste plasbeurt weer naar buiten gespoeld.
Een blaasontsteking ontstaat door een bijzondere situatie. Dit kan zijn:
Uw dier kan door een dierenarts gemakkelijk worden onderzocht. Dit kan met een zogenaamde "dipstick" of door de urine onder een microscoop te bekijken. Een dipstick is een plastic staafje dat in de urine wordt gedoopt. Door verkleuringen op het staafje kan het gehalte in de urine worden bepaald van eiwitten, glucose, nitriet en van stoffen die verwijzen naar vetafbraak (ketonen). Microscopisch onderzoek wordt gebruikt om het aantal rode en witte bloedcellen te bepalen en om te zien of er kristallen (blaasgruis) in de urine zitten.
Functie blaas en nieren bij hond, kat, cavia en overige huisdieren.
Een huisdier heeft normaal gesproken twee nieren. Als hoofdtaak heeft de nier de functie om overbodige en ongewenste stoffen uit het bloed te verwijderen. De nieren zijn direct verbonden met de bloedbaan, en filteren ongeveer 25% van het bloed dat door het hart wordt rond gepompt.
Om een voorbeeld te geven: bij een kat wordt op deze manier ongeveer 20 liter bloed per dag gefilterd. De uitgefilterde stoffen verlaten het lichaam met de urine, die ontstaat tijdens het filterproces. Een kat met goed functionerende nieren produceert ongeveer 0,1 liter urine per dag. De urine verlaat het lichaam via achtereenvolgens de nieren, urineleider, blaas en plasbuis.
Een nier bestaat uit een miljoen kleine filtertjes. Deze worden ook wel nefronen genoemd. De nefron bestaat uit een soort dubbelwandige beker. In deze dubbelwandige beker zit een kluwen van bloedvaten. Deze bloedvaten bevatten kleine poriën en het te filteren bloed wordt onder hoge druk door deze poriën gestuwd. Het bloed kan door de dubbelwandige beker heen stromen en de ongewenste stoffen worden dan "gevangen" tussen de twee wanden van deze dubbelwandige beker. Deze tussenruimte van de beker is verbonden met een verzamelbuis.
De nier voert de vloeistof die ontstaat, urine genoemd, via de verzamelbuis en de urineleider naar de blaas af. De blaas van de hond, kat of cavia is te vergelijken met een rekbare ballon. De urine vanuit de nieren wordt hierin verzameld. Tijdens het vullen van de blaas rekt deze steeds verder op, totdat deze vol is. Is de blaas maximaal gevuld, dan wordt via het zenuwstelsel een signaal naar de hersenen gegeven dat het tijd wordt de opgeslagen urine het lichaam te laten verlaten. Een hond, kat of cavia krijgt vervolgens aandrang om te plassen.
Ongewenste stoffen die worden verwijderd zijn:
Zie onderstaand plaatje: links een nier en rechts een klein filtertje, een nefron.